VRIJMETSELAARSLOGES IN BRUGGE
Een verkennende inventaris De culturele diensten van de Algemene Spaar- en Lijfrentekas organiseren in Brussel van 27 mei tot 31 juli 1983 een tentoonstelling gewijd aan De Vrijmetselarij in de Oostenrijkse Nederlanden van 1740 tot 1840. De 18de-eeuwse Brugse loge La Parfaite Egalité is er op bescheiden wijze vertegenwoordigd met twee voorwerpen: het portret van de achtbare meester Charles Lauwereyns de Roosendaele de Diepenhede (1724-1789) uit de galerij van de voogdenportretten van de Potterie en een kopie van de ledenlijst van de Brugse loge, uit het ledenboek van de loges in de Oostenrijkse Nederlanden. Het is meteen een gelegenheid om vast te stellen hoe weinig wij over het bestaan en de activiteiten van de vrijmetselaarsloges in Brugge weten[1]. Deze bijdrage heeft tot doel een inventaris te maken van de loges die in Brugge werkzaam zijn geweest of zijn en meteen het kader samen te stellen waarin de gegevens, dienstig tot een algemene geschiedenis van de Brugse vrijmetselarij bijeengebracht kunnen worden. We geven hierbij begin- en einddatum van de Brugse logeactiviteiten, die niet noodzakelijk de officiële data van constitutie of schrapping zijn. De opgegeven data zijn desgevallend nog voor precisering vatbaar.
1. LA PARFAITE EGALITE (DE VOLMAEKTE EENPAERIGHEYD) begindatum: voor september 1763 einddatum: 1773-74 aantal leden in 1770: 23 De vergaderingen van dit atelier grepen plaats in een privé-woning, zeer waarschijnlijk ten huize van de achtbare meester in de Kuipersstraat. Dit huis werd in 1866 gesloopt ter gelegenheid van de bouw van de stadsschouwburg. Van deze loge is tot hiertoe weinig met zekerheid geweten, behalve de lijst van haar leden einde 1770 en enkele vermeldingen in het verslagboek van de loge La Parfaite Harmonie in Mons. We hopen over enkele maanden een studie te publiceren die deze loge en haar leden in het kader van het 18de-eeuwse Brugge plaatst.
2. BENAMING ONBEKEND bestond rond 1770. Een niet-geconstitueerde of wilde loge wordt voor Brugge geciteerd in Nieuwen Almanach curieus en util (…), Gent, jaargangen 1771 en 1772[2].
3. LA REUNION DES AMIS DU NORD begindatum: 1803 einddatum: 1831 Aantal leden in 1805: 56, in 1808: 108, in 1818: 74, in 1821: 48. De vergaderingen vonden plaats ten huize van de achtbare meester Charles Doudan, Steenhouwersdijk 13. Van deze loge, die zowel in de Franse als in de Hollandse tijd een belangrijke activiteit ontplooide, zijn een aantal documenten bewaard in het archief van het bisdom Brugge. In de schoot van deze loge werd in 1807 een Souverein kapittel opgericht. Nadat het atelier in 1831 zijn werking had gestaakt, werd het in 1832 definitief gesloten.
4. L'ESPERANCE begindatum: 1804 einddatum: 1804 Deze loge werd opgericht door militairen van het 21ste Linieregiment dat einde 1804 Brugge voor Keulen verliet.
5. L'AMITIE begindatum: 1805 einddatum: 1810 Opgericht door te Brugge achtergebleven leden van L'Espérance in januari 1805, kende deze loge een moeizaam bestaan, onder meer omwille van de tegenwerking die zijn vanwege La Réunion des Amis du Nord ondervond.
6. LA REUNION DESIREE begindatum: 1809 einddatum: voor 1814 Militaire loge opgericht in Saint-Omer in 1809 en met een detachement Gardes Nationales naar Brugge overgekomen.
7. LA REUNION DES AMIS DU NORD (bis) begindatum: 1837 einddatum: 1838 Aantal leden in 1838: ongeveer 25. Een kleine groep Engelse residenten en enkele vroegere leden van La Réunion des Amis du Nord poogden vanaf 1837 de in 1831 verdwenen loge nieuw leven in te blazen. Vergeefs. Documenten over deze poging zijn te vinden in het archief van het bisdom Brugge.
8. LA TOLERANCE (DE VERDRAEGZAAMHEID) begindatum: 1840 einddatum: 1846 Het (correspondentie)adres van deze werkplaats was: Vlamingstraat 17 Brugge. Over deze loge, opgericht in 1839 maar pas na 1840 in werking gekomen, zal men enkele gegevens vinden in lokale nieuwsbladen van de tijd en in de anti-maçonnieke werken van A. Neut. Het is de eerste Brugse loge die dateert van na de publieke veroordeling van de vrijmetselarij door het bisschoppelijk mandement van januari 1838; de leden waren voortaan uitsluitend vrijzinnigen en antiklerikalen.
9. LES VRAIS AMIS REUNIS (DE WARE VERENIGDE VRIENDEN) begindatum: 1846 einddatum: 1852 aantal leden in 1850: 86. De vergaderingen vonden eerst plaats in een verloren hoek. In 1849 werd het atelier ingericht in het huis gelegen Sint-Salvatorskerkhof en hoek vormend met de Korte-Vuldersstraat. Burgerlijke en militaire loge. Zelfde bemerking als voor La Tolérance. Het reglement van inwendige orde van deze loge is bewaard[3].
10. LA FLANDRE begindatum: 1881 Aantal leden in 1883: 66; in 1906: 132. Het atelier bevond zich aanvankelijk in de Ridderstraat 18, sinds 1902 in de Beenhouwersstraat 2. Over de geschiedenis van deze loge werd ter gelegenheid van haar honderdjarig bestaan onlangs een studie gepubliceerd, voorbehouden aan de leden van het Belgisch Grootoosten: La Flandre 1881-1981.
11. L'AURORE begindatum: 1929 De vergaderingen hebben plaats in het atelier van de loge La Flandre Het betreft een gemengde loge, een zogenaamde Loge de droit humain. Over de geschiedenis hiervan is in hoofdzaak te vermelden de Histoire de la Fédération Belge du Drioit Humain, Tome I, Bruxelles, 1978, Tome II (2vol.), Bruxelles, 1982.
12. SIMON STEVIN begindatum: 1937 einddatum in Brugge: 1945 Deze loge, opgericht door zeven afgescheurde leden van La Flandre verplaatste zich in 1945 naar Oostende en verliet eind van de jaren vijftig het Grootoosten om aan te sluiten bij de Grootloge van België.
13. TANCHELIJN begindatum: 1981 De vergaderingen worden gehouden in de werkplaats van La Flandre. Deze recente loge is het tweede Brugs atelier onder de obediëntie van het Grootoosten en is opgericht door leden van La Flandre en van een Oostendse werkplaats. Tanchelijn of Tanchelmus: volkspredikant en ketter uit het begin van de twaalfde eeuw, die wellicht uit het Brugse Vrije afkomstig was en ook korte tijd in Brugge bedrijvig was. In vergelijking met andere middelgrote Belgische steden (Mons bij voorbeeld) is Brugge op logegebied nooit een bijzonder actieve stad geweest. De inventaris hierboven toont evenwel aan dat er méér vrijmetselaarsactiviteit is geweest dan tot hiertoe werd genoteerd. Elk van deze loges met langere of kortere levensduur, is telkens te situeren in het politiek en maatschappelijk klimaat waarin ze ontstond en evolueerde. Voor wat betreft de achttiende en negentiende-eeuwse loges kan dit ongetwijfeld, zelfs met de beperkte gegevens waarover wij beschikken, leiden tot een objectieve bestudering en betere kennis. Ook dit behoort tot de Brugse geschiedenis. Andries Van den Abeele (dit artikel is verschenen in Biekorf, 1983, blz. 170-173).
[1] Behalve de enkele elementen, niet altijd accuraat, die men in algemene werken kan vinden, zijn tot hiertoe twee studies gepubliceerd die aspecten van de Brugse vrijmetselarij belichten:Willy P. DE ZUTTER, De Vrijmetselarij te Brugge in de 18de en 19de eeuw, in: Guillaume MICHIELS, Uit de wereld der Brugse mensen, Brugge, 1978 - La Flandre 1881 - 1981, studie uitgegeven door La Flandre ter gelegenheid van haar eerste eeuwfeest - Ook elementen te vinden in: Yvan VAN DEN BERGHE, Jacobijnen en Traditionalisten. De reacties van de Bruggelingen in de Revolutietijd (1780-1794), Brussel, 1972 en Frank SIMON, De "Journal de la Flandre Occidentale", een regerings- en logekrant te Brugge in de Nederlandse tijd (1818-1820), in: Handelingen genootschap voor geschiedenis Brugge, 1965, blz. 106-124.
[2] Exemplaren aanwezig in Stadsarchief Gent. Met dank aan drs. Hugo De Schampheleire die ons hierop opmerkzaam maakte.
[3] Met dank aan dr. Frank Simon die ons een exemplaar van dit reglement bezorgde.
http://user.online.be/~sk001007/AndriesVandenAbeele/bibliography.htmhttp://user.online.be/~sk001007/AndriesVandenAbeele/bibliography.htm