Update informatie.

 

Spoorwegnet Zuid-Nederland
Schematisch overzicht van de spoorlijnen waarover zoveel te doen is.

BETUWELIJN: Rotterdam - Geldermalsen - Zevenaar. (www.betuweroute.nl)
LIJN 11: Rotterdam - Moerdijk - Roosendaal - Bergen op Zoom - Antwerpen.
BRABANTROUTE: Roosendaal - Breda - Eindhoven - Venlo.
IJZEREN RIJN: Antwerpen - Roermond.

 

Goederenspoorlijn Rotterdam-Moerdijk-Bergen op Zoom-Antwerpen.

De arrogantie van de macht, een vervolgverhaal!

 

Inleiding

Onderstaande krantenknipsels en commentaren hebben betrekking op "Lijn 11", een nieuw aan te leggen goederenspoorlijn tussen Bergen op Zoom en Antwerpen. Tevens wordt gedacht aan een aftakking naar Vlissingen. Daarmee worden de havens van Rotterdam, Vlissingen en Antwerpen rechtstreeks met elkaar verbonden. Dit is op zichzelf een goede zaak die de ontwikkeling van deze drie grote havens aan de Noordzee zeker ten goede zal komen.
Dat is dan ook niet de reden dat ik over deze goederenspoorlijn een artikel in mijn homepage opneem. De werkelijke reden is de brutale en arrogante houding die de ministers Netelenbos en Pronk aannemen ten opzichte van de leefbaarheid in Westbrabant. Er is met recht sprake van een "ver van mijn bed show".
De maatregelen die met betrekking tot het milieu en de leefbaarheid in het Westbrabantse door den Haag worden overwogen, staan in geen enkele verhouding tot de miljarden verslindende milieu investeringen bij de aanleg van de Betuwelijn en de HSL-lijn.
Onderstaande krantenknipsels spreken voor zichzelf. Soms is er sprake van Oudenbosch, dan weer van Halderberge. Dat kan verwarring geven. De gemeente Halderberge bestaat uit de kernen Oudenbosch, Oud Gastel, Stampersgat, Bosschenhoofd en Hoeven. Zodoende!

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van zaterdag 14 augustus 1999

Verzet tegen "Lijn 11" moet krachten bundelen

ER DREIGT opnieuw een bestuurlijke oorlog tussen het zuiden en ’Den Haag’. Inzet is de leefbaarheid in West-Brabant. Op de achtergrond speelt mee dat de ministers Tineke Netelenbos (Verkeer) en Jan Pronk (Milieu), gesteund door de ambtenaren van Rijkswaterstaat en NS Railinfrabeheer, de leefbaarheid in Brabant willen slachtofferen aan grote nationale belangen. In West-Brabant zwelt het verzet aan tegen de plannen van Netelenbos en Pronk om een nieuwe spoorlijn aan te leggen tussen Antwerpen en Bergen op Zoom met een aftakking naar Vlissingen.
Die nieuwe Lijn 11 schijnt van groot belang te zijn voor de ontsluiting van de havens van Rotterdam, Antwerpen maar ook Vlissingen. De impact van de aanleg van deze lijn is zo ongeveer te vergelijken met die van de Betuwelijn. De West-Brabantse gemeenten en de provincies Noord-Brabant en Zeeland hebben dat nog eens in een brief benadrukt.

Elke zes minuten
Elke zes minuten dendert straks een goederentrein dwars door de bebouwde kommen van Oudenbosch, Zevenbergen en mogelijk Roosendaal en Bergen op Zoom. Het aanbod van reizigerstreinen dreigt te verschralen om plaats te maken voor ellenlange treinen vol explosieve en giftige stoffen.
Opmerkelijk is dat het provinciebestuur van Zeeland zich achter de Brabantse eisen schaart. Het zou ’Den Haag’ aan het denken moeten zetten, want Zeeland is fel voorstander van deze nieuwe spoorlijn. Als Lijn 11 wordt aangelegd, krijgt Zeeland eindelijk een goede spoorwegverbinding met de Antwerpse haven. Dat is van levensbelang voor de ontwikkelingsmogelijkheden van de geplande nieuwe containerterminal in Vlissingen.
Maar de Zeeuwen beseffen dat ze zonder Brabantse medewerking rekening moeten houden met eindeloze vertraging, bezwaarprocedures enzovoort. Dus kiest het Zeeuwse provinciebestuur met reden voor een zorgvuldige koers.
Los van de terechte inhoudelijke Brabantse bezwaren tegen Lijn 11 speelt ook de procedure een rol. Rijkswaterstaat en NS Railinfrabeheer, de ambtelijke uitvoerders van het project, hebben langs het hele tracé sterke wrevel opgeroepen door wel te willen praten met bewonersgroepen maar daarbij de discussie te beperken.
Er mag niet worden gesproken over omleidingen. Discussies over tunnels en tunnelbakken worden afgekapt. Gemeenten klagen over het hoge tempo waarmee de instanties rapporten maken waarop die gemeenten dan weer moeten reageren.

Terzijde
De fundamentele bezwaren worden keer op keer terzijde geschoven. Het probleem wordt alleen maar groter doordat de ministers Netelenbos en Pronk niet argumenteren, maar eerder ingenomen standpunten herhalen. De toon waarop dat gebeurt, getuigt van Haagse arrogantie. Door vast te houden aan een beperkt ’studiegebied’ – tussen Roosendaal en Antwerpen – jaagt het ministeriele duo Brabant steeds verder de gordijnen in. Een blinde ziet immers dat de leefbaarheid in Zevenbergen en Oudenbosch ernstig wordt aangetast als daar elke zes minuten een goederentrein door het centrum dendert.
Brabant heeft tot dusver slechts de concessie kunnen afdwingen dat er gestudeerd wordt op mogelijke omleidingen rondom Bergen op Zoom en Roosendaal. Maar ondertussen houden met name de inwoners van Bergen op Zoom het hart vast. Een studie biedt immers nog allerminst een garantie.
Het is hoogst opmerkelijk dat twee PvdA-ministers doordrammen en daarmee verzet mobiliseren tegen een project dat van nationaal en zelfs internationaal belang wordt geacht. De beide ministers hebben zich laten kiezen op grond van een verkiezingsprogramma waarin onder meer staat: ”Economie en ecologie komen alleen dan dichter bij elkaar wanneer een gezond milieu wordt gezien als cruciaal deel van welvaart en welzijn.”
Al in de inleiding van het regeerakkoord van Paars II is opgenomen dat ’het vinden van een verantwoord evenwicht tussen economisch kracht en behoud van kwaliteit van ons leefmilieu de voornaamste opgave is’. En beide ministers hebben ook hun handtekening geplaatst onder de passage: ”Bij het inpassen van ruimtewensen past ook een intensivering van de samenwerking tussen overheden.”

Leergeld
Te constateren valt dat er van die ’intensivering’ weinig terecht komt als bewindslieden niet communiceren, maar slechts ’meedelen’ wat ze hebben besloten. Brabant heeft inmiddels leergeld betaald met de gang van zaken rond de hoge snelheidslijn.
Ook daar werd de leefbaarheid in Brabant ondergeschikt gemaakt aan de belangen van de Randstad. Ook bij dat project valt te constateren dat het Rijk ’milieu’ blijkbaar vooral interpreteert als ’natuurbelang’.
Zonder twijfel moet een milieuminister letten op het belang van natuur en landschap. Maar een milieuminister moet ook oog hebben voor de leefbaarheid.
Leefbaarheid wordt aangetast door geluidhinder; door (zoals onder meer onlangs in Etten-Leur bleek) terechte angst voor het vervoer van gevaarlijke stoffen door de bebouwde kom; door de opdeling van gemeenten doordat er kilometerslange geluidswallen geplaatst worden en door het vrijwel permanent afsluiten van overwegen.
Terecht doen de Brabantse gemeenten en de provincie nu een beroep op de Tweede Kamer. Het zou toe te juichen zijn als de Brabantse provinciale en gemeentelijke afdelingen van de paarse partijen zich bij het offensief zouden aansluiten. Al was het maar om te voorkomen dat Brabant alleen maar wordt gezien als een gebied waar je jammer genoeg doorheen moet om vanuit de Randstad in het buitenland te komen.

Geschreven door Henk Boot en Laurent Heere, redacteuren van BN/DeStem

Commentaar mijnerzijds:
Terecht stelt BN/DeStem deze ergerlijke zaak aan de orde.
Ik wil u in dit verband herinneren aan de peperdure tunnel die, onder druk van de milieu organisaties, onder het groene hart van de randstad wordt aangelegd ten behoeve van de Hoge Snelheids Lijn. Dat groene hart bestaat uit weilanden met koeien, boerderijen, sloten en hoogspanningsmasten; het is geen natuur- maar een cultuurlandschap dat terecht zo min mogelijk mag worden aangetast. Overigens mogen de treinreizigers niet van dat landschap genieten, zij razen immers met hoge snelheid door een lange, stikdonkere tunnel!
Maar voor de ministers zijn tunnels en/of omleidingen in West Brabant en dan met name in Zevenbergen en Oudenbosch niet bespreekbaar. Zijn weilanden en koeien belangrijker dan mensen?

Vervolg, nummer 1.

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van zaterdag 4 december 1999.

Protesten tegen lijn 11 terzijde geschoven

Ministers negeren wensen

Van onze verslaggever.
DEN HAAG. De ministers Netelenbos (Verkeer) en Pronk (Ruimtelijke Ordening en Milieu) betreuren het dat Brabant, Zeeland en de West-Brabantse gemeentebesturen het zogeheten bestuurlijk overleg over goederenlijn 11 hebben afgebroken, maar geven verder geen krimp.

Van uitbreiding van het studiegebied kan geen sprake zijn; van het aanleggen van een nieuwe spoorbaan al helemaal niet en over vertraging valt evenmin te praten.
Eén en ander blijkt uit brieven die beide ministers naar de Tweede Kamer en de provincie Brabant hebben gezonden. Minister Netelenbos schrijft letterlijk (ook namens haar collega Pronk): "Ik betreur het besluit (het opschorten van het bestuurlijk overleg) omdat ik denk dat het altijd beter is om met elkaar te praten, ook al zijn partijen het niet volledig met elkaar eens."
De uitnodiging om het overleg weer te heropenen, gaat niet gepaard met concessies. Integendeel, Netelenbos laat weten dat ze niet wil ingaan op de Brabantse verlangens.
De kritiek van de Brabantse gemeenten en de beide provincies komt er vooral op neer dat NS Railinfrabeheer en Rijkswaterstaat als ambtelijke diensten met grote spoed werken aan de plannen voor de nieuwe goederenlijn tussen Antwerpen en Roosendaal. Daarbij wordt volgens de Brabantse en Zeeuwse bestuurders onvoldoende gekeken naar gevolgen voor de leefbaarheid in de bebouwde kommen van Zevenbergen en Oudenbosch. Ook willen de zuidelijke bestuurders dat er een onderzoek komt naar een nieuwe spoorweg tussen Moerdijk en Antwerpen.

Ongewenst
Netelenbos blijft erbij dat van dit alles geen sprake kan zijn. Vertraging van de planvorming zodat betrokken gemeenten en provincies meer tijd krijgen om de stapels rapporten te bestuderen, is volgens de minister ongewenst omdat aan de Belgen beloofd is dat vóór 1 januari 2000 een zogeheten tracébesluit wordt genomen. Die datum wordt nu al niet gehaald. Op z'n vroegst valt het tracébesluit najaar 2000.

Tekort
Over uitbreiding van het studiegebied met het grondgebied van de gemeenten Moerdijk en Halderberge valt al evenmin te praten met beide ministers. Zij constateren opnieuw dat er alleen een tekort is aan capaciteit op het baanvak Roosendaal-grens en niet in Moerdijk en Halderberge. De milieu-effecten kunnen volgens de ministers wellicht worden opgevangen met extra geluidsschermen en andere maatregelen.
Een aparte spoorlijn (het plan Stoop voor een nieuwe spoorlijn parallel aan de snelweg A17) is evenmin bespreekbaar, want onbetaalbaar, en volgens de bewindslieden onnodig. Opmerkelijk is dat Netelenbos aangeeft dat uitvoering van het plan Stoop gepaard gaat met het opheffen van de spoorstations in Oudenbosch en Zevenbergen en dat dit slecht zou zijn voor het mobiliteitsbeleid. In het plan van ir. Stoop is juist de aanleg van twee nieuwe stations voorzien.

Vervolg, nummer 2.

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van maandag 6 december 1999.

"Overleg Lijn 11 niet hervatten"

Van onze verslaggever.
DEN BOSCH. Het overleg met de ministers Netelenbos (verkeer) en Pronk (ruimtelijke ordening en milieu) over goederenlijn 11 (Moerdijk-Antwerpen) zal niet worden hervat. De dringende uitnodiging daartoe van de beide ministers legt Brabant naast zich neer, zo zegt de Brabantse gedeputeerde P. van Geel.

Het zogeheten bestuurlijk overleg over de (deels) nieuwe spoorlijn is van de zomer afgebroken omdat de gesprekken tussen de provincies Brabant en Zeeland en de gemeenten Bergen op Zoom, Halderberge, Moerdijk en Roosendaal en de ministers totaal vastliepen. Vorige week bevestigde Netelenbos nog eens in een brief aan de provincie Noord-Brabant dat ze de Brabantse eisen over inpassing op dit moment allemaal afwijst en dat er niet valt te praten over aanleg van een compleet nieuwe spoorweg tussen Moerdijk en Antwerpen. Tegelijkertijd riep ze de provincies en gemeenten op het bestuurlijk overleg te hervatten.
"We wachten nu op de Tweede Kamer. Die praat 13 december over dit onderwerp. We hebben de Kamer duidelijk gemaakt dat er straks 232 treinen dwars door de bebouwde kom van Zevenbergen, Oudenbosch, Roosendaal en Bergen op Zoom zullen rijden. Dat zijn er twintig minder dan de Betuwelijn. Met de minister praten heeft geen zin zolang die bij het standpunt blijft dat er geen geld is. De minister moet dan maar hardop tegen West-Brabant zeggen dat deze regio die prijs moet betalen voor het feit dat er slecht onderhandeld is met de Belgen."

Commentaar mijnerzijds:
Den Haag beschouwt Noord-Brabant als een vuilnisvat. Alles wat uit de randstad moet worden verwijderd mag daar gestort worden. Maar niet alleen den Haag denkt er zo over. De door ons zwaar gesubsidieerde milieu-fundamentalisten laten niets van zich horen. Misschien omdat die nuchtere Brabanders zich niet zo gemakkelijk voor hun door anderen betaalde karretje laten spannen? Of valt er geen (twijfelachtige) eer aan te behalen?

Vervolg, nummer 3.

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van woensdag 15 december 1999.

Kamer vraagt om aanpassen Lijn 11

Van onze verslaggever.
DEN HAAG. De Tweede Kamer heeft unaniem een motie ondersteund van de VVD, PvdA en D66 waarin de regering wordt gevraagd de plannen voor het goederenspoor Lijn 11 aan te passen. Onduidelijk is of minister Netelenbos (Verkeer en Waterstaat) de motie zal uitvoeren of naast zich neer zal leggen.

De Kamer debatteerde maandag met de minister over de te verwachten inpassingsproblemen rond de goederenspoorweg Moerdijk-Antwerpen. In dat debat gaf de minister aan dat er volgens haar geen verband is met de IJzeren Rijn (de spoorlijn Antwerpen-Duitsland) en de Betuwelijn.
De Kamer verzoekt de regering nu:
. de vervoersstroom in beeld te brengen in relatie tot de Betuwelijn en de IJzeren Rijn;
. het zogeheten studiegebied (het gebied dat in de milieu-effectenrapportage serieus wordt bestudeerd) te vergroten met het grondgebied van de gemeenten Halderberge en Moerdijk en, in relatie tot de lijn Roosendaal-Breda, met Rucphen en Etten-Leur;
. alternatieven zoals aangedragen door de gemeenten Roosendaal (omleiding en tunnels), Bergen op Zoom (idem) en Halderberge in de milieu-effectenrapportage te betrekken en
. de ontwikkelingen in Zeeland daarbij te betrekken.
Met het aannemen van deze motie komt de Kamer tegemoet aan de wensen van West-Brabant en de provincie Noord-Brabant. De bezwaren vanuit Brabant tegen Lijn 11 richten zich met name op het beperkte studiegebied omdat de minister stelt dat ze geen nieuwe spoorlijn hoeft aan te leggen tussen Moerdijk en Roosendaal. Daar is volgens de minister geen capaciteitsprobleem en hoeft er dus ook geen zware MER-rapportage plaats te vinden.
Netelenbos gaf van de week in de Kamer aan dat ze problemen heeft met dit onderdeel van de motie omdat de procedure nu al loopt.
De ambtenaren van de minister (van Rijkswaterstaat en NS Railinfra) hebben ook al menig robbertje moeten knokken met zowel bestuurders, ambtenaren en inwoners van de gemeenten over de vraag of er gekeken mag worden naar bijvoorbeeld tunnelvarianten. Tot dusver niet omdat die te kostbaar zouden zijn.

Containerterminal
Ook moet de minister nu nadrukkelijk de extra gevolgen van de komst van een nieuwe containerterminal in Zeeland in beeld brengen. Zoals het er nu naar uitziet, zal een belangrijk deel van het transport vanaf Zeeland per trein via Lijn 11 en de lijn Roosendaal-Breda lopen. Onduidelijk is of de minister deze uitspraak van de Kamer zal overnemen.

Vervolg, nummer 4.

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van woensdag 15 december 1999.

Brabant opgezadeld met dure HSL-erfenis    (Zie het kaartje)

BRABANT DREIGT te worden opgezadeld met wel een erg kostbare erfenis van het hoge snelheidslijn-contract dat toenmalig minister Maij-Weggen in '96 sloot met de Belgen. Ook de leden van de Tweede Kamer komen daar zo langzamerhand achter, zo bleek deze week. Wat laat, maar misschien nog niet te laat.
Toen Maij-Weggen tot overeenstemming kwam met de Belgen over het punt waar de hoge snelheidslijn van Nederland op het Belgische spoornet kon aansluiten, was al duidelijk dat Nederland daar ruim 800 miljoen gulden voor moest betalen. Nederland betaalt immers het stuk hsl Hazeldonk-Antwerpen.
De Kamer wordt nu geconfronteerd met de gevolgen van de kleine lettertjes in het contract. Want bovenop die 800 miljoen heeft Maij-Weggen ook toegezegd dat Nederland in principe meewerkt aan de komst van twee goederenspoorlijnen: de IJzeren Rijn (Antwerpen-Duitsland) en Lijn 11 (Antwerpen-Rotterdam).

Kostbare grap
Lijn 11 wordt een kostbare grap als de Kamer vasthoudt aan een 'verantwoorde' inpassing van de deels nieuwe spoorweg. De Kamer is er plotsklaps achter gekomen dat Lijn 11 Betuwelijn-achtige proporties begint te krijgen. Vanuit Den Haag gezien is West- Brabant mogelijk een uithoek ('Ver weg, maar ik ben wezen kijken', aldus D66-Kamerlid F. Giskes) maar de meerderheid van de Kamerleden ziet in dat het lastig te verkopen valt om een nieuw goederenspoor dwars door de bebouwde kom van Roosendaal en Bergen op Zoom aan te leggen en ondertussen de boel de boel te laten op de aansluitende trajecten Roosendaal-Moerdijk en Roosendaal-Breda. Vandaar dat de Kamer laat, maar unaniem, aandringt op uitbreiding van het zogeheten studiegebied. Een uitzondering vormt de PvdA die bij monde van Kamerlid D. Hindriks die vergelijking met de Betuwelijn van de hand wijst als 'onnodig paniek zaaien'.
Minister Netelenbos relativeert tot dusver de gevolgen van de aanleg van de nieuwe spoorlijn maar geeft inmiddels zelf toe dat het gaat om de helft van het aantal treinen dat over de Betuwelijn gaan. Daar komt naar alle waarschijnlijkheid nog meer bij.
Immers: Vlissingen heeft plannen voor een nieuwe, grote containerterminal en wil de daar gearriveerde containers doorvoeren per trein. Op dit moment is er maar één route beschikbaar: de lijn Vlissingen-Bergen op Zoom-Breda-Eindhoven. Dat is dus deels dezelfde route als Lijn 11.
Het alternatief is Lijn 11 laten aansluiten op de nog aan te leggen of te revitaliseren IJzeren Rijn. Maij-Weggen heeft de Belgen toegezegd serieus naar de IJzeren Rijn te gaan kijken maar haar opvolger Netelenbos loopt nu vast. Want die inmiddels 'ingeslapen' spoorweg loopt dwars door een grensoverschrijdend natuurpark in Limburg, de Meinweg.
Het opnieuw in gebruik nemen van de IJzeren Rijn stuit ook in de Kamer op grote bezwaren. Een alternatief een nieuwe spoorweg via Venlo is er nog niet en zal door de Belgen niet klakkeloos worden geaccepteerd. Zeker niet als ze daar jaren op moeten wachten en al helemaal niet als zij de aanleg daarvan moeten betalen. De Belgen houden vol dat zij eigenlijk al een spoorlijn hebben -de IJzeren Rijn- en dat Nederland die illegaal buiten gebruik heeft gesteld.

'Voorlopig'
Minister Netelenbos heeft dus een list verzonnen om het probleem IJzeren Rijn voorlopig even op te lossen. Ze wil de Belgen aanbieden om 'voorlopig' gebruik te maken van de Brabantroute (Breda-Eindhoven-Venlo). Maar om die treinen vanuit Antwerpen op de Brabant-route te krijgen, zullen ze eerst naar Roosendaal moeten. Nu kan dat nog via Lijn 12 (Antwerpen-Essen-Roosendaal); straks wellicht langs Lijn 11.

Concessies
Dat betekent dus dat er naast het al geplande vervoer (de helft van de capaciteit van de Betuwelijn) dus ook nog Zeeuwse containertreinen en Antwerpse goederentreinen over Lijn 11 moeten. Dat maakt het nog moeilijker om Lijn 11 in Brabant te verkopen. Dat beseft de Kamer inmiddels ook en die dringt dan ook aan op concessies die de minister vooralsnog niet wil doen. Het probleem is immers dat aanpassingen -of het nu gaat om een totaal nieuwe of tunnels en/of omleidingen- veel geld kosten. Een extra moeilijkheid voor Netelenbos is dat ze nog veel meer spoorplannen heeft. Als ze nu toegeeft in Brabant en instemt met een miljardeninvestering, kan ze straks niet eventuele zijtakken van de Betuwelijn of het verlengde van de IJzeren Rijn op een koopje aanleggen. Netelenbos mag dan wel de minister van Verkeer en Waterstaat zijn met het grootste infrastructuurbudget uit de Nederlandse geschiedenis, de werkelijkheid is dat ook zij geen geld heeft. Op dit moment is er nog geen cent geraamd voor welke inpassing dan ook van Lijn 11 en al evenmin voor de IJzeren Rijn.

Geschreven door Laurent Heere, redacteur van BN/DeStem

Vervolg, nummer 5.

Spoorvisie Passage Oudenbosch.

In opdracht van de gemeente heeft het adviesbureau DHV een rapport uitgebracht, "Spoorvisie Passage Oudenbosch", waarin wordt aangegeven wat de gevolgen zijn van het voorgenomen goederenvervoer dwars door Oudenbosch. Onderstaand krantenknipsel spreekt voor zichzelf.

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van woensdag 2 februari 2000.

Spoorbomen elk uur drie kwartier dicht

Van onze verslaggever.
OUDENBOSCH - Als minister Netelenbos (Verkeer) doof blijft voor de wensen van de gemeente Halderberge en het goederenvervoer toch over bestaand spoor wil gaan loodsen, heeft dat desastreuze gevolgen voor de leefbaarheid in Oudenbosch.

In het DHV rapport "Spoorvisie Passage Oudenbosch" wordt een doemscenario geschetst waarin Oudenbosch te kampen krijgt met een bijna onoverbrugbare tweedeling van de kern.
Er ontstaan grote verkeersopstoppingen omdat de spoorwegbomen drie kwartier per uur dicht zullen zijn. Bovendien zal aan weerszijden van het spoor in een strook van zestig meter niet of nauwelijks meer gebouwd mogen worden.
Bestaande woningen of bedrijven zullen moeten worden gesloopt of aangepast. Het aantal goederen treinen dat straks door of langs Oudenbosch gaat rijden, is dan ook enorm.
Volgens de vervoersprognoses passeren er in 2005 104 treinen (per etmaal), waarvan 32 in de nachtelijke uurtjes. In 2015 is dat aantal zelfs opgelopen tot 152.
Tot zover de krant.
Hierbij is geen rekening gehouden met het personenvervoer en met de ontwikkeling van een containerterminal in Vlissingen.

DHV draagt ook twee varianten aan. De beste variant is de aanleg van een nieuw spoor parallel aan de A17, aan de westzijde.
De andere variant is een tunnelbak dwars door Oudenbosch. Er is weinig voorstellings vermogen voor nodig om te bedenken wat hiervan de gevolgen zijn, om van de kosten maar te zwijgen. Bovendien zal het vervoer van gevaarlijke stoffen, zoals chloor en ammoniak, sterk toenemen hetgeen om zeer kostbare voorzieningen vraagt.
Het moge duidelijk zijn dat Netelenbos de gerechtvaardigde wensen van de mensen aan haar laars lapt. Zij kent slechts één belang: dat van de schatkist.

Vervolg, nummer 6.

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van donderdag 17 februari 2000.

Minister zwicht voor protesten

Van onze verslaggever
DEN HAAG - Heftige protesten tegen de plannen van minister Netelenbos met spoorlijn 11 lijken succes te hebben. Heel West-Brabant wordt alsnog gelijk door haar behandeld.

Ze oppert in een brief aan de Tweede Kamer zelfs een complete nieuwe spoorweg Moerdijk-Roosendaal. Netelenbos belooft een aparte studie naar de gevolgen van een containerterminal in Zeeland. Dat betekent waarschijnlijk meer mogelijkheden voor inpassing van de spoorlijn bij Bergen op Zoom en Roosendaal met tunnels of omleidingen.
Tegelijk zegt ze toe dat de gemeenten Halderberge, Moerdijk, Etten-Leur en Rucphen hetzelfde worden behandeld als Roosendaal, Bergen op Zoom en Woensdrecht. Dan komen in Oudenbosch en Zevenbergen en mogelijk Etten-Leur soortgelijke maatregelen in studie als in Roosendaal en Bergen op Zoom.

Onderscheid
Alle West-Brabantse gemeenten en de provincie hadden het overleg met de minister afgebroken omdat zij onderscheid maakte tussen gemeenten in het zogeheten studiegebied voor Lijn 11 (Roosendaal, Bergen op Zoom en Woensdrecht) en gemeenten daarbuiten (Halderberge, Moerdijk, Rucphen, Etten-Leur en Reimerswaal).
De buiten het studiegebied gelegen gemeenten worden nu alsnog op dezelfde manier behandeld als de gemeenten erbinnen. Tot dusver wilde de minister dat niet, omdat volgens haar kon worden volstaan met beperkte beschermende maatregelen. Een nieuwe lijn was volgens haar al helemaal overbodig omdat er geen capaciteitstekort is op het baanvak Moerdijk-Roosendaal.
De toezeggingen zijn tot stand gekomen na zware druk uit West-Brabant, de provincie en de Tweede Kamer. Het gevolg is dat Lijn 11 waarschijnlijk veel duurder wordt dan gepland. In het najaar valt de beslissing of de spoorweg er komt.

Belofte Lijn 11 ontmoet scepsis

Van onze verslaggevers
OUDENBOSCH / BERGEN OP ZOOM - "Dit gaat ons in feite niet ver genoeg. We hadden graag gezien dat de minister Halderberge nu al officieel in het studiegebied had opgenomen."

Zo reageert burgemeester A. Osterloh van Halderberge op de ommezwaai die minister Netelenbos onder druk van de Tweede Kamer en de Brabantse lobby heeft gemaakt rond goederenlijn 11.
"Weliswaar zit er ten opzichte van haar oude standpunt vooruitgang in, want ze sluit niet uit dat ze voor de gemeenten Halderberge en Moerdijk alsnog een aparte planstudie wil maken naar een omleiding, bijvoorbeeld langs rijksweg A17."

Besparen
Het steekt Osterloh dat ze eerst wil bekijken wat de nadelige effecten van extra goederentreinen op bestaand spoor door Oudenbosch zijn.
Of die met geluidsschermen zijn op te lossen. Lukt het niet met dit soort noodmaatregelen, dan wil ze serieus kijken naar een verdiepte ligging van het bestaand spoor om binnen de normen te blijven.
"In onze eigen spoorvisie hebben we al aangetoond dat alleen een omleiding buiten Oudenbosch om een oplossing voor die problemen van overlast en leefbaarheid vormt. De minister kan zich al die andere onderzoeken besparen."

Winst
De Bergse wethouder G. Janssen van Ruimtelijke Ordening is evenwel een stuk beter te spreken over de brief van Netelenbos aan de Tweede Kamer. "Dit is echt winst vergeleken bij haar oude standpunten", stelt hij. "Ze neemt de invloed van de WCT terminal in Vlissingen op het vervoer over het spoor door West-Brabant mee in haar onderzoek. Verder is ze bereid om te praten over verdiepte liggingen van routes, waar ze eerst alleen over oplossingen op maaiveldniveau wilde praten. Dus we zijn wel degelijk een eind verder gekomen."

Basis
Daarmee is de problematiek van hinder en overlast in en rond Bergen op Zoom nog niet de wereld uit, maar volgens Janssen ligt er nu tenminste een basis om bestuurlijk met elkaar verder te praten. "Als je hoort dat ze voor bestaand spoor de geluidsnormen (voorkeurswaarde 57 dBa) wil hanteren die normaal alleen voor nieuw spoor gelden, zeg ik: we gaan de goede kant op."

Over één kam scheren
De gemeente Moerdijk wacht met een reactie tot duidelijk is wat er nu precies zwart op wit staat.
"Dan kunnen we met een gefundeerd oordeel komen." Duidelijk is, meldt een insider, dat men op het gemeentehuis van Moerdijk net als in dat van Halderberge aanhikt tegen de uitleg die moet worden gegeven aan de volgorde die de minister wil hanteren om de verwachte hinder en leefbaarheids problemen via bestaand spoor door Zevenbergen op te lossen. Maar, voegt deze daaraantoe: "In feite scheert de minister Halderberge en Moerdijk over één kam met Bergen op Zoom en Roosendaal: ze schrijft letterlijk dat ze bij het bepalen van maatregelen voor de gemeenten in de aandachtsgebieden, dus de passages bij Oudenbosch en Zevenbergen, dezelfde normen hanteert als voor bestaand spoor in het studiegebied."

Vervolg, nummer 7.

Ongewijzigd en onverkort overgenomen uit BN/DeStem van zaterdag 19 februari 2000.

Het belang van Brabant bij Lijn 11    (Zie het kaartje)

Door Laurent Heere
BREDA - De aankondiging dat Lijn 11, de spoorlijn Rotterdam-Antwerpen, er kan komen, is woensdag in Den Bosch door de provinciebestuurders positief begroet. De brief van minister Netelenbos van Verkeer en Waterstaat werd niet voor niets met gepaste trots rondgedeeld. En Brabant en de minister praten weer samen.

De gemeenten Moerdijk en Halderberge zijn toch een tikje sceptischer over de toezeggingen van Netelenbos. Beloofde studies zijn immers nog geen tunnels of omleidingen en kunnen uiteindelijk loze beloften blijken.
Roosendaal en Bergen op Zoom hebben de buit evenmin binnen. De minister rept immers met geen woord over de alternatieven (omleiding en tunnels) die deze gemeenten hebben aangedragen.
Eén van de problemen is dat West-Brabant verder in dit geval geen eenheid is. De belangen van de afzonderlijke gemeenten verschillen:
. Roosendaal heeft groot belang bij de aanleg van Lijn 11, omdat daarmee perspectief wordt geboden op verplaatsing van het in de stad gelegen rangeerterrein;
. Bergen op Zoom kan van de nood een deugd maken en na de komst van de nieuwe lijn de huidige overlast saneren. Ook kan de gemeente aanknopen bij de mogelijke ontwikkeling van een multimodaal bedrijfsterrein in de polders bij Reimerswaal;
. Woensdrecht, Halderberge, Moerdijk, Rucphen en Etten-Leur hebben alleen maar lasten en geen lusten van een spoorweg.

Onmisbare schakel
De provincie hecht intussen grote waarde aan de aanleg van Lijn 11. Dat is namelijk een onmisbare schakel in de plannen van de provincie. Niet voor niets houdt gedeputeerde Van Geel (belast met nieuwe infrastructuur) een discussie over goederenvervoer over water in plaats van over spoor consequent af. Die discussie, waarmee zou kunnen worden aangetoond dat goederenlijn 11 overbodig is, is niet in het Brabants belang.
Lijn 11 moet namelijk de ruit van treinverbindingen in Brabant afmaken. Rondom Brabant, hebben de provinciebestuurders bedacht, moet een netwerk van goederenlijnen komen. Het grote voordeel daarvan is dat de huidige Brabantroute, de spoorlijn Breda-Tilburg-Eindhoven, kan worden ontlast. Nu is dat een van de belangrijkste afvoerroutes voor de Rotterdamse haven.

IJzeren Rijn
Die Brabantroute gaat nu dwars door de bebouwde kom van Breda en de andere grote Brabantse steden. Dat is lastig en niet goed voor de leefbaarheid in die steden. Daar komt bij dat de provincie serieus werk wil maken van het terugdringen van de automobiliteit en dat kan alleen als de grote Brabantse steden onderling worden verbonden met snel, effectief en hoogwaardig openbaar vervoer. De huidige Brabantroute kan daarvoor niet worden gebruikt zolang Rotterdamse goederentreinen daarover voortkruipen.
En de druk op de Brabantroute dreigt nog te verergeren nu Netelenbos vasthoudt aan de mogelijkheid dat ook Antwerpen een deel van het goederenvervoer via de Brabantroute moet kunnen verwerken.
Als het aan de provincie ligt, komt ook de IJzeren Rijn er zo snel mogelijk en loopt die niet meer via Limburg maar via Brabant naar Duitsland. Maar dan niet als conventionele goederenlijn maar als een combinatie van goederenlijn én hoge snelheidslijn. Het is de Brabantse bestuurders immers een doorn in het oog dat brainport Eindhoven geen aansluiting heeft op de hsl en evenmin beschikt over een spoorverbinding met Antwerpen en Brussel.

Tijdpad
Een heel belangrijk addertje onder het gras is het tijdpad van de aanleg van Lijn 11. De minister schrijft daarover dat in het najaar een standpunt volgt over 'het tijdpad van de uit te voeren werken, waarbij een relatie gelegd zal worden met de groeiende hoeveelheid goederentreinen'.
Met name die laatste passage roept argwaan op. Daarmee wordt immers de mogelijkheid open gehouden dat aanvankelijk kan worden volstaan met bescheiden inpassingsmogelijkheden (geluidschermen) omdat het in het begin immers nog niet druk is op de nieuwe lijn. Wellicht komen dan later (rond Sint-Juttemis) aanvullende voorzieningen zoals tunnelbakken erbij.


Terug naar mijn HOMEPAGE.