HET LOGEGEBOUW TE HILVERSUM
Toen loge De Gooische Broederschap in 1896 werd geïnstalleerd had de loge nog niet
direct beschikking over een eigen gebouw. Men kwam bijeen in hotel Wilhelmina. Wel werd
gezocht naar een geschikte ruimte.
Net als vandaag de dag was er in Hilversum onvoldoende ruimte voor verenigingsactiviteiten.
Daarom was er een N.V. Maatschappij tot exploitatie van het Gebouw "De Vereeniging" opgericht.
Deze onderneming verstrekte aan de architecten Salm (vader en zoon) de opdracht een
verenigingsgebouw te ontwerpen. De doelstelling van deze Maatschappij was het exploiteren
van een gebouw waarin ruimten ter beschikking konden worden gesteld aan vrijzinnige verenigingen,
die elders geen vergaderruimte konden vinden. De aandelen waren in handen van protestanten,
waaronder enkele vrijmetselaren.
De loge huurde na de oplevering in 1905 voor f.400,- per jaar een lokaal om daar eens in de
14 dagen te vergaderen en enige malen per jaar de grote zaal om als tempelruimte te dienen.
De genoemde protestanten waren lid van de Nederlandse Protestantenbond, die de eerste jaren
het gebouw voor hun kerkdiensten gebruikten.
De architecten Salm hebben een prachtig gebouw neergezet. Opvallend is de voorgevel, die op
de gemeentelijke monumentenlijst is geplaatst. Prachtig zijn ook de Jugendstil glas-in-lood
ramen. De hoogte van de grote zaal is 11 meter en er is een balkon in aangebracht.Het gebouw
is oorspronkelijk ontworpen om er ook kleine toneel- of muziekuitvoeringen te geven. Inmiddels
is het toneel door een tussenwand gescheiden van de grote zaal en de schuin oplopende vloer is
recht gelegd.
Omdat de zaal een prachtige akoestiek blijkt te hebben is de zaal in de muziekwereld erg in
trek. Oorspronkelijk oefende er het "Hilversumsch Symphonie Orkest" en na de oorlog werd het
gedurende een lange reeks van jaren het onderkomen van het Groot omroepkoor. Heden ten dage
wordt de zaal af en toe gehuurd ten behoeve examens van het Conservatorium.
Al na enige jaren bleek de exploitatie in de beoogde vorm niet rendabel te zijn. De voorzittend
meester broeder Westerling voorzag dat daardoor voor de loge wel eens moeilijkheden zouden kunnen
ontstaan. In 1912 werd daarom de stichting "Gooiland" in het leven geroepen, die zich ten
doel stelde de aandelen van de NV De Vereeniging in handen te krijgen. Na jaren slaagde de
stichting erin alle aandelen in handen te krijgen waarmee het gebouw voor de loge was veilig
gesteld. Het stichtingskapitaal was door de broeders der loge bijeengebracht. Maar hiermee
was natuurlijk de financiële basis nog niet veilig gesteld. Ook een noodzakelijke verbouwing
vergde nog meer middelen. De directeur van de NV (de latere wethouder B.H. Bakker) moest
dikwijls uit eigen middelen de schulden betalen.
In 1936 werd een saneringscommissie gevormd. Een onderzoek werd ingesteld en men besloot de
N.V. De Vereeniging te liquideren.
Tijdens de Duitse bezetting werd de Orde verboden en werden de bezittingen van de Orde en de
loges verbeurd verklaard. Ook het logegebouw in Hilversum werd publiek geveild. De gemeente
Hilversum werd de koper van het gebouw. Het werd vol houten schotten getimmerd en ingericht
als distributiekantoor.
Na de bevrijding spreekt men van rechtsherstel, dat ook van kracht was voor De Gooische
Broederschap. De loge krijgt het gebouw terug van de gemeente, vrij van hypotheek, maar het
gebouw moest danig worden gerestaureerd. Ook het meubilair was weg en de kas van de loge
ontbrak.
In 1931 heeft de eerste verbouwing plaatsgevonden. Toen is er een nieuwe toegang gemaakt aan
de zijkant van het gebouw. Deze toegang had nog niet de vorm van tegenwoordig, maar was
smaller en de toegangsdeur kwam aan de zijkant.
Toen in 1950 de Nederlandse Radio Unie het gebouw huurde, werd de toiletruimte verbeterd.
In 1975 heeft een belangrijke verbouwing plaatsgevonden. Toen werd de toegang gerealiseerd
zoals die heden ten dage bestaat met garderobe en toiletgroepen. Ook de kleine zaal
('Voorhof') werd gerenoveerd. In latere jaren zijn de ramen beschermd met voorzetramen.
Geconcludeerd kan worden, dat de schepping van vader en zoon Salm tot op de dag van vandaag
in nagenoeg originele staat behouden is gebleven en nog immer indruk op bezoekers maakt.
Het gebouw draagt bij aan het erfgoed van Hilversum en met name aan de bekendheid van
Hilversum als stad met vele jonge monumenten, waarvan het raadhuis op steenworp afstand wel
het bekendste is.