Nogmaals Jomanda

Op dinsdag 23 mei jongstleden organiseerde de Thomas More Academie in de Aula van de Katholieke Universiteit Nijmegen een avond over het fenomeen 'Jomanda'. De bedoeling van deze bijeenkomst was om met behulp van een aanklager, een advokaat, een rechter en een jury (het publiek), te onderzoeken in hoeverre het mogelijk zou zijn een juridische procedure te starten tegen het "genezend medium" (volgens aanhangers) of "kwakzalver" (volgens tegenstanders) Jomanda, in de bureaucratische werkelijkheid bekend onder de naam Joke Damman. De rol van rechter werd gespeeld door professor Mr. J.H. Hubben, hoogleraar gezondheidsrecht aan de KUN en plaatsvervangend rechter aan het Arnhems gerechtshof. De rol van aanklager werd vervuld door Dr. C.N.M. Renckens, gynaecoloog en voorzitter van de Nederlandse Vereniging tegen de Kwakzalverij. Als advokaat trad Drs. A. Schilder op, klinisch psychologe en columniste voor het dagblad Trouw. Het Kleintje zat ook in de jury en maakte het volgende mee: er waren ruim driehonderd mensen op 'De Zaak Jomanda' afgekomen. Nog eens een keer dit aantal mensen kon geen kaartje bemachtigen waarmee we maar willen aangeven dat er een ongelooflijke interesse bestaat voor onderwerpen als 'gene zijde'. Dat het met de vele honderdduizenden, zo niet miljoenen guldens die Jomanda & Co binnen halen vreemd aan toe gaat is regelmatig in de Nieuwe Revu te lezen geweest, daar ging de avond dan ook niet over. De aanklacht luidt aldus: "Men zegt: mensen die handelen als Jomanda maken zich schuldig aan kwakzalverij, door de suggestie van een medisch-helend handelen zonder dat er sprake is van enig goed gedocumenteerd succes en zonder daartoe bevoegd te zijn volgens de Wet op de Uitoefening der Geneeskunst. ook overtreden zij de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst, die eveneens van toepassing is op alternatieve genezers. Het optreden van Jomanda en anderen berokkent psychische en financiële schade aan patiënten, met name door het bieden van valse hoop en het doorkruisen van reguliere geneeskundige behandeling, die voor haar slachtoffers een voorkeur zou hebben. Hun optreden is niet van oplichting en boerenbedrog te onderscheiden, hetgeen hen in aanraking brengt met het Wetboek van Strafrecht. Maatschappelijkie instituties (gezondheidszorg, wetenschap, levensbeschouwing en politiek) maken zich schuldig aan medeplichtigheid door hun aanhoudende stilzwijgen in het publieke debat. Met deze onverschilligheid danwel oppervlakkige kritiek maken zij zich bovendien schuldig aan nalatigheid door ongefundeerd in te gaan op fenomenen als Jomanda in het publieke debat". Het was aan Cees Renckens om deze aanklacht te omkleden met enigermate van bewijsvoering. Helaas slaagde hij hierin niet. Zijn betoog bleef steken bij oppervlakkige observaties over het opleidingsniveau van de schare volgelingen bij de "theatrale genezingsbijeenkomsten in een Tielse veilinghal". Hij benadrukte vooral zijn eigen verbazing over het fenomeen Jomanda die in deze "geëmancipeerde en geseculariseerde wereld" tot grote bloei kan komen en ging flink tekeer tegen de "onzichtbare medici die chirurchische operaties uitvoerden via het medium Jomanda". Hoewel ik zelf behoorlijk bevooroordeeld ben tégen Jomanda vond ik het teleurstellend hoe weinig onderbouwd zijn aanklacht was. Nog erger was het verhaal van Aleid Schilder die probeerde gaten te schieten in de aanklacht. Zij kwam niet verder dan dat mensen die niet geloven in bovennatuurlijke krachten en goddelijke wezens niet in staat zijn te oordelen over fenomenen als Jomanda. Het allerergste was echter de uiteindelijke jury-uitslag. Van de driehonderd aanwezigen staken slechts zestien mensen hun hand op ter ondersteuning van de aanklacht. De rest was pro-Jomanda of had geen mening over haar vermeende geneeskrachtige gaven. In een tijd dat zogenoemde 'iatrosofen' vervolgd worden wegens 'dood door schuld' aangezien zij patinten waanzinnige medische adviezen verschaffen met af en toe de dood tot gevolg en recent nog dat 18-jarige meisje uit Driebergen die via 'paranormale genezing' een 25 jarige Utrechtse suikerziektepatiënt zover kreeg dat hij met zijn insuline-inname stopte, waarna hij nog slechts een paar dagen leefde. Natuurlijk gebeuren er zeer veel 'ongelukken' bij de reguliere medische wetenschap. En natuurlijk is het schandelijk dat er als gevolg van drastische bezuinigingen en steeds verder gaande commercialisering en privatisering steeds minder tijd en aandacht is voor het individu. Dat verklaart dan waarschijnlijk ook wel een groot gedeelte van de devotie en afhankelijkheid die vele mensen tentoonspreiden aan genezende mediums, piskijkers, astrologen, iriscopisten, homeopaten en andere lieden wiens inkomen geheel gevormd wordt door placebo-effecten en vaak goede mensenkennis. Jaja hier spreekt een cynisch skepticus die een beetje wanhopig wordt van het toenemende gezweef en de mystieke hang naar 'zekerheden'. Hoe kan het toch dat antroposofen, die toch volledig overtuigd zijn van de aanwezigheid van hier op aarde aanwezige engelen en geesten, een groeiende en bloeiende beweging zijn? Waarom zijn televisieprogramma's niet aan te slepen over door ruimteschepen ontvoerde hysterisch verwarden of in klopgeesten gelovende entiteiten? Goochelaars en hypnose-artiesten beleven gouden tijden.


Dit artikel is verschenen in Kleintje Muurkrant nr 286, 9 juni 1995

hoofdmenumail reactie